Al wandelend verzuchtte ik
wat is het toch een lekker weer!
Maar hoe smaakt dat dan?
vroeg zomaar een passerende heer.
Smaakt het soms hartig als
lasagne met een korstje van kaas
of juist zoet als verse aardbeien?
smulde hij van zijn relaas.
Het duurde even voor
het kwartje viel bij mij.
Dat hij heel letterlijk nam
wat ik figuurlijk zei.
Dat is een goede vraag
antwoordde ik met een glimlach
ik zal er eens over nadenken
en we zeiden elkaar gedag.
Ik herinner me z’n heldere ogen
en vrolijk, ontspannen gelaat.
Het was zo iemand die in een tel
een sprankeling achterlaat.
Ik weet nog steeds niet
hoe het weer vandaag smaakte
ik proef alleen dat hij
de zomer in mij raakte.
(lente 2020)